Pagina:Tweede reize door de Majorij van 's Hertogenbosch.pdf/168

Deze pagina is proefgelezen
(148)

en vervloekt worden[1]. Deeze Jeſuitiſche Katechismus word van alle Roomſchen voor een echt en regtzinnig Boek gehouden, dus is de Leer, in hetzelve vervat, ook de Leer der Roomſche Kerk. – Niet zeer lang geleden, nog in dit jaar, hoorde ik even deeze zelfde affschuwlijke Leer door eenen Priester in Rotterdam, in het openbaar op den Kanſel verkondigen. Hij vervloekte alle Jooden, Heidenen, Turken, Ketters en Scheurmaakers, wees alle dezelve regelregt naar de Hel, en waarſchuwde zijne Gemeente zeer ernſtig, om allen omgang met dezelve te vermijden. – Is het geene ſchande voor hun, die zich beroemen, dat zij alleen waare Christenen zijn, om op zulk eene wijze den ſchoonen Godsdienst van den menschlievenden Jesus te misbruiken? – Zou men dit wel verwachten op het einde van deeze zoo verlichte (gelijk men het noemt) agttiende Eeuw? – Hoe kan het Gemeen verdraagzaam handelen, als zijne Leeräars zelfs zóó ſterk de onverdraagzaamheid voordplanten? – Maar laat ik zwijgen, ik mogt eens te veel ſchrijven – dan – dit mag ik 'er evenwel wel bij voegen, dat Haller gelijk heeft, als hij zegt[2]:

Was böses ist geſchehn, das nicht ein Priester that!

Want indien de Priesters in de Majorij alles in

het
  1. Edit: Coloniënsis 1760. Pag. 6.
  2. Verſuch Schweitzeriſcher Gedichte. Seite 65.