Pagina:Tweede reize door de Majorij van 's Hertogenbosch.pdf/80

Deze pagina is proefgelezen
(60)

tens.. – Eer zoude Gij, mijn Waarde! met uwe hand aan de wolken kunnen reiken, dan hier eene oude slechte gewoonte affschaffen, en eene nieuwe betere invoeren. – Ik eindig deezen brief met de woorden, die ik welëer las in de Reizen van den voortreflijken Anson[1], welke ik altijd onthouden heb, en die mij dunken hier wel ten passe te komen. – Hier zijnze! "In menschlijke zaaken word het eenvouwig rigtsnoer der gezonde reden niet altijd gevolgd. Veele andere beginsels hebben te sterken invloed over onze bedrijven: en inzonderheid is 'er één, dat, schoon het van eenen zeer verleidenden aart is, zelden van onze ernstigste betrachtingen uitgeslooten blijft: ik meen de gewoonte of het gebruik der Voorzaaten. Dit is gemeenlijk een vermogen, waarvoor de reden te zwak is, om 'er tegen te worstelen." – Nu mag ik deezen Brief wel sluiten, doch ik moet U eerst nog zeggen, dat ik morgen of overmorgen (dit zal van het weder afhangen) naar Helmond opkraamen zal. Ik ben eeuwig uw beste

Vriend.

P. S. Op denzelfden tijd (zo de overleveringen waarheid spreeken), en door hetzelfde Krijgsvolk, dat Asten verbrande, zou ook een gedeelte

van
 
  1. G. Ansons Reizen, III. Boek. 8 Hoofdst. Bladz. 345.