Pagina:Van Doesburg, Klassiek-barok-modern (1920).pdf/30

Deze pagina is proefgelezen

Het aannemen van oer-kunsttypen heeft deze ontwikkeling vertraagd en gemaakt, dat de kunstenaars terug inplaats van vooruit grepen.

Historisch is aan te toonen dat de romeinen b.v. teruggrepen naar de grieken, zonder van denzelfden geest bezield te zijn; dat de renaissancisten teruggrepen naar de Romeinen en dat alle kunstenaars, die daarna kwamen teruggrepen naar de renaissance.

Hierdoor heeft er, na de uit de tijdgeest zelf gegroeide: middeneeuwsche kunst, geen monumentale stijl in Europa bestaan.

Door het voortdurend overnemen en verwerken van oude motieven ging de innerlijkheid, de zin daarvan, verloren en ontstond een overwicht van het uiterlijke, wat tot een grillige, willekeurige kunstsoort: Barok, leiden moest.

Elke kunst, onverschillig in welken tijd zij ontstaat, is barok te heeten, wanneer het innerlijke, grillig natuurlijke of bizondere domineert.

Elke kunst, onverschillig in welken tijd zij ontstaat, is klassiek te heeten, wanneer deze twee elementen in evenwicht zijn en dit op de wijze der natuur tot uitdrukking komt.

Elke kunst, onverschillig in welken tijd zij verschijnt, is modern te heeten, wanneer de harmonie, het wezen der schoonheid, verschijnt geheel op de wijze der kunst.

Daar in vroegere tijden het individueele of natuurlijke nog zeer sterk was, bleef in elke gemeenschappelijke kunstproductie, in elken stijl, het individueele, van persoon en natie, overheerschen.