lijk geen... pijn doen... niet... Pauze. — — —
(Jorsa La Fara loopt, als had hij een besluit genomen naar het stilleven-tafeltje. Grijpt hoed) Kom... (steekt hem de hand toe) ik ga maar heen... ik houd je maar op... je model is al lang... Salut (is al achter het kamerscherm).
A d o n i s: Ga nog niet... ga nog niet weg. (achter het scherm) Ik wil tot een oplossing komen... ik zal het model... het meisje wegsturen... kan nu toch niet werken... zóó. Ik moet een oplossing (trekt zijn vriend het atelier weer in).
A d o n i s: (loopt naar den divan waarop het meisje, rood-beschenen door den kachel, te slapen ligt) Juffrouw! (gejaagd) hé juffrouw, juffrouw!...
’t M e i s j e: (Ineens overeind; wrijft de oogen uit) Hn?... Wat? Is het tijd om... te (rekt zich uit; gaapt) po...see...ren?
A d o n i s: Neen, maar... e... u kunt weggaan.
’t M e i s j e: (angstig met zachte stem): Ik kon het niet helpen... ik was zoo moe... ben van nacht haast niet naar bed geweest... een japon... e... die afmoèst. Die... e... ik kreeg slaap... door de warmte... hier.
J o r s a: (komt naar den divan) Hij jaagt u niet weg omdat u sliep... hij scheidt er uit... met werken... ’t Is voor vandaag genoeg.
’t M e i s j e: (kijkt beurtelings de kunstenaars aan, als stond ze voor een keus) O... maar krijg ik nu niet...
J o r s a: (begrijpend): Evengoed... Maar zegt u eens... neemt u me niet kwalijk... wat zei u daarstraks... hebt u van nacht niet geslapen?... wat was dat met die japon?... door die japon niet geslapen? gewerkt dus van nacht...
’t M e i s j e: (kinderlijk-vertrouwelijk opeens; naar Jorsa): U weet niet hoe ellendig het thuis is... moeder kan meer voort... heeft er eens navelbreuk bij gekregen... (opeens verbergt ze het gezicht
Pagina:Van Doesburg, Opstanding (1913).pdf/11
Deze pagina is proefgelezen