Vergadering, op voorstel van het Uitvoerend Bewind daaromtrend zoodanige schikkingen zal hebben gemaakt, als zij ter bevordering van het algemeen belang oordeelen zal te behooren.
232. Het Bestuur over de Bezittingen in Asia, midsgaders over de Coloniën in Amerika, en de Bezittingen op de Kust van Guinea, zal worden opgedragen aan twee onderscheiden Raaden, welken, ieder geheel afzonderlijk, zullen werken. Het eene zal worden genoemd de Raad der Asiatische Bezittingen en Etablissementen; het andere de Raad der Amerikaansche Colonien en Bezittingen.
233. De Raad der Asiatische Bezittingen en Etablissementen zal uit negen, en die der Amerikaansche Coloniën en Bezittingen uit vijf Leden bestaan.
234. Beide Raaden zullen verandwoordlijk en ondergeschikt zijn aan het Uitvoerend Bewind. De aanstelling en afstelling der Leden zal door hetzelve geschieden.
235. leder Lid van één der beide Raaden geniet eene Jaarwedde van vier-duisend Guldens.
236. De Vertegenwoordigende Vergadering zal, op voorstel van het Uitvoerend Bewind, voor de beide Raaden vaststellen eene uitgebreide Instructie, naar welke zij moeten handelen, en de Jaarwedden der Secretaris- Ontvangers, en Fiskaals, bepaalen.
237. leder der Raaden zal aanstellen eenen Secretaris Ontvanger en Fiskaal en wel onder eene bepaalde Instructie, vóór derzelver benoeming aan het 'Uitvoerend Bewind ter goedkeuring voortedragen.
238. De Leden, Secretarissen. Ontvanger en Fiskaal van beide Raaden, mogen aan elkanderen niet bestaan tot in den derden graad van bloedverwandtschap of zwagerschap.
239. De Leden, Secretarissen, Ontvangers en Fiskaals, mogen, noch rechtstreeks, noch van ter zijde, op eenigerhande wijze, in eenigen Koophandel betrokken, geene eigenaars van Plantagien of Gronden in de Colonien zijn noch ook eenige andere Ambten of Bedieningen, hoe ook genoemd, waarnemen.
240. Het Uitvoerend Bewind zal, op voorstel van ieder der beide Raaden in de verdediging der Coloniën voorzien, door de nodige Oorlogschepen en andere noodwendigheden derwaards te zenden, en een benodigd getal Troepen aldaar te onderhouden. Het zorgt, insgelijks, voor de rust in de Bezittingen en Coloniën, en voor de verbetering van derzelver Koophandel en Landbouw.
241. Het Uitvoerend Bewind zal, ieder Jaar, na de specifieke opgave, die aan hetzelve door ieder der Raaden zal moeten gedaan worden, van de Vertegenwoordigende Vergadering de nodige gelden vragen, zoo wel voor het onderboud der gezegde Bezittingen en Coloniën, als om in de Soldijen, Renten, Pensioenen en andere noodwendigheden te voorzien.
242. Het Uitvoerend Bewind zal, alle Jaaren, na van