andere wijze geduurende den tijd hunner zitting, in regten betrokken worden, dan de Leden van het Vertegenwoordigend Ligchaam.
De Commissie woont, nimmer, eenige openbaare plegtigheden bij.
13. Ieder stembevoegd Burger heeft het regt, geduurende de eerste Maand haarer zitting aan dezelve in te zenden zoodanige individueele, schriftlijke, beredeneerde, en door hem eigenhandig onderteekende, voordragten en bedenkingen, tot verbetering der Staatsregeling, als hij oordeelt nodig te zijn.
14. De Commissie slaat behoorlijk acht op alle deze bedenkingen, zoo wel als op die, welke haar door de Leden van eenige openbaare Magt of Bewindvoerend Ligchaam, binnen denzelfden tijd, worden toegezonden.
15. Zij strekt haar onderzoek en besluit niet verder uit, dan tot zoodanig Gedeelte, Artikel, of Artikelen der Staatsregeling, waaromtrend haare eenige bedenkingen of Voordragten, volgends Art. 13. en 14., zijn toegezonden.
16. Binnen vier Maanden, na haare eerste zitting, eindigt de Commissie derzelver raadpleegingen, en zend, onverwijld, haar verslag, schriftlijk, en door haaren Vóórzitter en Secretaris onderteekend, aan het uitvoerend Bewind.
17. Terstond, na deze verzending, gaat de Commisie van Herziening uit één.
18. leder Lid van dezelve geniet, geduurende den tijd zijner zitting, een Dag-geld van tien Guldens, en, bij zijne aankomst en vertrek, drie Guldens, voor ieder Uur afstands zijner woonplaats van Utrecht, voor reiskosten en transport.
19. Het verslag der Commissie aan het Uitvoerend Be- Bewind toegezonden, (volgends Art. 16.,) bevat eene duidlijke redactie van het door haar veranderd Gedeelte, Artikel, of Artikelen, der Staatsregeling, of wel de redenen, waarom zij de voorgeslagen veranderingen niet goedkeurt.
20. Het Uitvoerend Bewind doet dit verslag door den Druk gemeen maken, en vervaardigt eene Publicatie, daartoe betrekkelijk.
21. Hierna roept Hetzelve alle de Grond-Vergaderingen in de geheele Republiek op, om, op eenen bepaalden dag, ten minsten vier Weeken na de afkondiging, (Art. 20 gemeld) bij Ja of Neen, de door de Commissie van Herziening ontworpen veranderingen in de Staatsregeling, artikel voor artikel, goedtekeuren of aftekeuren.
22. De uitslag der stemming, bij meerderheid, nevens het getal der voor en tegen gestemd hebbenden, en elke Grond-Vergadering, word behoorlijk in geschrifte gesteld door den Voorzitter en Secretaris onderteekend, en onver- wijld toegezonden aan het Uitvoerend Bewind.
23. Alle deze inkomende berigten zend het Uitvoerend bewind aan het Vertegenwoordigend Ligchaam.
24. Het Vertegenwoordigend Ligchaam doet, door het