Pagina:Wetboek van strafrecht Suriname.pdf/67

Deze pagina is proefgelezen

Indien de schuldige uit winstbejag heeft gehandeld, van het plegen van het misdrijf een beroep of een gewoonte maakt, of geneeskundige, vroedvrouw of artsenijbereider is, kunnen de straffen met een derde worden verhoogd.

Indien de schuldige het misdrijf in zijn beroep begaat, kan hij van de uitoefening van dat beroep worden ontzet.

Artikel 310

Met gevangenisstraf van ten hoogste negen maanden of geldboete van ten hoogste drie honderd gulden wordt gestraft:

1o. hij die aan iemand die in kennelijke staat van dronkenschap verkeert bedwelmende drank verkoopt of toedient;
2o. hij die een kind beneden de leeftijd van zestien jaren opzettelijk dronken maakt;
3o. hij die iemand door geweld of bedreiging met geweld dwingt tot het gebruik van bedwelmende drank.

Indien het feit zwaar lichamelijk letsel ten gevolge heeft, wordt de schuldige gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste zes jaren.

Indien het feit de dood ten gevolge heeft, wordt hij gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste negen jaren.

Indien de schuldige het misdrijf in zijn beroep begaat, kan hij van de uitoefening van dat beroep worden ontzet.

Artikel 311

Hij die een onder zijn wettig gezag staand kind beneden de leeftijd van twaalf jaren aan een ander afstaat of overlaat, wetende dat het tot of bij het uitoefenen van bedelarij, van gevaarlijke kunstverrichtingen of van gevaarlijke of de gezondheid ondermijnende arbeid zal worden gebruikt, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste drie jaren.

Artikel 312 [1]

Met gevangenisstraf van ten hoogste zes maanden of geldboete van ten hoogste drie honderd gulden wordt gestraft:

1o. hij die, zonder redelijk doel of met overschrijding van hetgeen ter bereiking van zodanig doel toelaatbaar is, opzettelijk aan een dier pijn of letsel veroorzaakt of de gezondheid van een dier benadeelt;
2o. hij die, zonder redelijk doel of met overschrijding van hetgeen ter bereiking van zodanig doel toelaatbaar is, opzettelijk aan een dier dat geheel of ten dele aan hem toebehoort en onder zijn opzicht staat of aan een dier tot welks onderhoud hij verplicht is, het nodige levensonderhoud onthoudt.

Het dier kan, indien het de schuldige toebehoort, worden verbeurd verklaard. Poging tot dit misdrijf is niet strafbaar.

Artikel 313 [2]

Met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete van ten hoogste zesduizend gulden wordt gestraft, hij die anders dan krachtens vergunning ingevolge artikel 1 van de Wet Hazardspelen:

1o, het opzettelijk aanbieden of geven van gelegenheid tot harzardspel als bedrijf uitoefent of opzettelijk in een onderneming daartoe deelneemt;
2o, opzettelijk het publiek gelegenheid tot hazardspel aanbiedt of geeft of opzettelijk in
  1. Gew. bij G.B. 1929 no. 26.
  2. Ingev. bij G.B. 1915 no. 75; Gew. bij G.B. 1939 no. 31, G.B. 1962 no. 114.