Pagina:WilliamMorris1903KunstEnMaatschappij.djvu/173

Deze pagina is niet proefgelezen

van den mensch, die grenzenloos schijnt te zijn, waar het geldt zichzelf ongelukkig te maken; maar omdat ik den oorsprong der Kunst in den menschelijken geest voor onsterfelijk houd en ook omdat het mij gemakkelijk schijnt de oorzaken van het tegenwoordige verval der Kunst te ontdekken. Want wij, beschaafden, hebben haar niet bewust of uit eigen vrije beweging opgegeven: Wij zijn gedwongen geworden haar op te geven. Misschien kan ik dat duidelijk maken door het uiteenzetten van het gebruik der machine voor het vervaardigen van voorwerpen, waarbij eene kunstvolle vorm op eenigerlei wijze mogelijk is. Waarom gebruikt een verstandig mensch eene machine? Zonder twijfel om arbeid te sparen. Er zijn enkele dingen, die een machine evengoed kan doen als de hand van een man met een werktuig. Hij behoeft b.v. het koren niet in een handmolen te malen; een beetje stroomend water, een rad en eenige eenvoudige kunstgrepen zullen het tezamen volmaakt goed doen en den man vrijheid laten zijn pijp te rooken en na te denken of het heft van zijn mes te besnijden.

Tot zooverre is er dus zuivere winst bij het gebruik der machine—altijd, let daar wel op, aangenomen gelijkheid van levensomstandigheden onder de menschen. Geen kunst gaat verloren, en vrije tijd of tijd voor aangenamer werk wordt gewonnen. Misschien zou een volkomen verstandig en vrij man hier ophouden met het gebruiken van machines; maar zóóveel verstand en Vrijheid kan men niet verwachten: laten wij dus den machineuitvinder een stap verder volgen. Hij moet eenvoudig laken weven en vindt dat eenerzijds vervelend om te doen, terwijl hij anderzijds ziet, dat een mechanisch weefgetouw het laken bijna even goed als een handweefgetouw maakt. Om dus meer vrijen tijd of gelegenheid voor aangenamer werk te krijgen, gebruikt

145