[ 2 ]Tuſſchen Vrydagh en Saterdagh ’s nachts, zijnde den 7 September, zijn tot Naerden twee paerden, een bruyn kolletjen, en een ſwarte kol, uyt het Lant geſtolen; het bruyn kolletjen heeft twee kleyne witte ſtipjes aen de by de hantſe ſy, en wat wit onder het lijf van de gortriem; de Swarte kol heeft ontrent de van de hantſe heup, een kleyn pleckjen gedraeyt hayr, of het ghewreven was aen een pael, en lange manen. Die deſelve weet te recht te brengen, ſal vijftigh guldens tot een vereering hebben.