Dagblad van Zuidholland en 's Gravenhage/Jaargang 205/Nummer 89/Gister namiddag

‘Gister namiddag ten ongeveer twee ure, kwamen aan het Scheveningsch strand, uit een sloepje, negen Engelsche visschers […]’ door een anonieme schrijver
Afkomstig uit het Dagblad van Zuidholland en 's Gravenhage, zondag 14 en maandag 15 april 1872, bijvoegsel, [p. 1]. Publiek domein.

[ bijvoegsel, 1 ]Gister namiddag ten ongeveer twee ure, kwamen aan het Scheveningsch strand, uit een sloepje, negen Engelsche visschers (afkomstig uit Ramsgate), behoorende tot de bemanning van zes kotters, die op eenigen afstand in zee geankerd waren. Deze woeste zeerobben kwamen, zooals dat meermalen geschiedt, het een en ander inkoopen, vooral wat Hollandschen jenever, dien ze dan, om niet bedrogen te worden, steeds proeven en herproeven.
’t Schijnt dat ze gister niet spoedig de zekerheid hadden van de goede qualiteit des jenevers en dus meer dan één glaasje geproefd hadden, zoodat ze zelfs al te lastig werden. In dien toestand kwamen ze, door hun baldadigheden, vooral tegenover de Scheveningsche schoonen, in woordenwisseling met de Hollandsche visschers en weldra sloeg men tot feitelijkheden over.
De te Scheveningen dienstdoende afdeeling der Haagsche politie was er dadelijk bij, maar vermogt tegen de ontembare Eugelschen niet veel uit te rigten, zoodat men de hulp der militaire magt en der politie uit de residentie inriep. Deze behoefden echter niet meer handelend op te treden, daar de Scheveningsche politie, ondersteund door den Engelschen consul, den heer Maas, reeds vrede onder de vechtende partijen had weten te stichten, terwijl eenige andere autoriteiten mede hadden bijgedragen tot een vredelievende oplossing van het „internationaal geschil.”
Dezen morgen werden de Engelsche visschers per rijtuig van den heer Maas naar het station van den Hollandschen Spoorweg gebragt en vertrokken daarmede naar Rotterdam, omdat de kotters, bij het opkomen van den Noordwesten wind, dezen nacht koers genomen hebben naar Rotterdam, waar zij de visschers uit Ramsgate met hun inkoopen denkelijk weder zullen innemen.