Leydse Courant/1825/Nummer 109/Zee-tijding

‘Zee-tijding’ door een anonieme schrijver
Afkomstig uit de Leydsche Courant, maandag 12 september 1825, [p. 4]. Publiek domein.
[ 4 ]

ZEE-TIJDING.

Sedert onze laatſte zijn in Tesſel binnengekomen M. Page, Ann et Hope, van Canton (in China) S. O. Bakker, Ida Aleida, van Batavia l. v. de Kaap de Goede Hoop, N. Lendſay, Victory, van Boston, P. G. Luddens, van St. Tomas, J. Buhring, van Portorico, J. Bruning, van Alexandria (in Egypte); de laatſte ligt quarantaine. G. B. Flik, van St. Ubes, U. J. Uges en M. Roderkerk, van Port a Port, H. J. Potjer, van Lisſabon, J. Power, G. Nieuwland, A. Gallpway, E. Page, S. Cook en K. Tippema, van Londen; I. J. Gösſel, van Archangel, T. Hazewinkel, J. H. Muller, H. H. de Weerd, en J. R. Brons, van Petersburg, W. Willems, I. Tammes, C. Hofker, en E. S. Manje, van Nerva, P. Arends, J. Hagedoorn. L. Vully, H. Delwits, C. Haasnoot, C. Fehling, van Riga, A. Wikſtrom en het ſchip Hendrika, van Finland, V. Daal, Roelofſen en N. Ligedaal, van Stokholm, H. Nieuwman, van Pernau, K. Pierſen, P. Stilbolt, L. Kroeger, Kintzel, J. Falk, Lourenſen, C. Peterſen, J. Woxwold, J. Johnſen, L. Krogh, en M. Gierſoe, van Drammen, H. Oelſen, van Bergen, I. J. Arends, van Arendahl, P. E. Boer, van Christianſand, R. E. van Zoutman, van Mandahl, E. Röben, van Hull, H. Scholten en F. D. van Veen, van Leverpool, J. H. Walker, van Dantzig, Ebeling, van Anolamp, N. D. Visſer, van Brewich, H. G. de Jong, van Fahrſund, E. Stokkebije, van Faborg, H. A. Hazewinkel, uit Noorwegen, en J. E. Hagguist, van Christinaſtad.
In het Vlie binnen E. P. Horn, vap Drobach, D. D. de Jong, van Boltgroen, J. Maulden, van Londen, K. Permien, van Riga, J. C. Kroger, van Koningsbergen, J. Klaſen, D. K. de Groot, H. J. Puister en H. G. Smit, van Christianſand, H. J. Bieren, H. J. Prins en R. H. de Boer, van Oudſoen, J. E. Bart, H. Martens, G. A. Jonkhof, D. C. Danielſen, M. J. Harkema en J. B. Mulder, van Ostriſoer, K. Ugland, D. G. Bleeker en J. Gierſoe, van Drammen, J. J. Kortrijk, van Brewich, O. Hendrikſen, van Aalburg, H. A. Hermanſen, van Bandholm, J. Wolters, van Antwerpen, naar Riga, binnen wegens verlies van zwaard, gaat naar Harlingen om te repareren.
Te Terſchelling binnen H. J. Henken, van Ostriſoer, C. B. Buſch, van Ringkiöbing.
Kapt. G. B. Flik, heeft den 22 Augustus, des namiddags ten 3 ure op 40° 58´ noorder breedte en 16° 46´ lengte, gepraaid het fregat ſchip, voerende Antwerper Collegie-vlag N. 60°, Kapt. C. R. Schippers, en den 26 Augustus des namiddags, ten 2 ure op 45° 49´ noorder breedte en 13° 11´ lengte, het Hollands brikſchip, Kapt. Kerkhoven, beide in goede welſtand.
De Hanoverſche Tjalk de vier Gebroeders, Kapt. Fimme, met Aardewerk en Steenkolen van Sunderland naar Bremen, is den 4 September onder de Engelſche Kust bij harde noordelijke wind en hooge Zee zoodanig lek geworden, dat het door het onklaar worden der pompen, niet lens te houde zijnde, den 6 dito op de hoogte van Tesſel, circa 5 mijlen van den wal, verlaten is geworden; het volk, in 3 man beſtaande, is door het Rusſisch Galjas Guſtaf Svard, Kapt. A. Witſtrom, van Christineſtad (in Tesſel binnen) geborgen, en vervolgens door een loodsſchuit overgezet; de gezegde manſchap, die alleenlijk hunne klederen, benevens eenige tuigagie, heeft kunne redden, is door de loodsſchuit, die mede nog eenige tuigagie geborgen heeft, in Tesſel aangebragt; de Tjalk is gezonken en met de lading geheel weg.
Den 5den zijn op de ſtranden van Vlieland aangeſpoeld eenige Noordſche Balken, gemerkt met rood krijt met twee ſtreepen, alsmede eenige Kolders.
De ſchepen Rhoda, Kapt. Bully, van Buenos-Aires, en Lady Douglas, Kapt. Archer, den 17 Julij van Bahia gezeild, waren den 5 Sept. op de hoogte van Douvres.
Arrivementen: Te Surinamen Kapt. P. H. Bos en T. C. Claus, beide van Amſterdam, de laatſte in 27 dagen; te Madera A. Kouenhoven, van Rotterdam; te Marſeille B. E. Holwedel, van Amſterdam; te Valencia T. Gort, van Ostende; te Rouën L. Lefebvre, en te Belfast R. F. Taay, beide van Rotterdam; te Leverpool J. Sikkes, van Dordrecht en het ſchip de Eendragt, van Groningen; te Topsham B. H. Drent, van Brusſel; en te Graveſend D. H. Puister, van Groningen, H. Peters; J. van den Broeke en J. E. Elderts; van Antwerpen, Kapt. Marler, S. J. de Vries en K. D. Mulder, van Ostende.