Pagina:Wetboek op de regterlijke instellingen en regtspleging in het koningrijk Holland (1809).pdf/280

Deze pagina is niet proefgelezen

II

ART. HOOFDST . Van het hong geregtshof van het koningrijk · 16

DERDE VIERDE

26 36

ZESDE

Van de geregtshoven van appèl. Van de vierfcharen • Van de civiele regtbanken •

ZEVENDE

Bijzondere voorzieningen

65

EERSTE

TWEEDE DERDE

VIERDE

HOOFDST . Van de gefteldheid van het hoog geregtshof, den prefident , den raad , enwijze van delibereren. 71 Van de rolle en commissarisfen tot dezelve . · 105 Van de magt en bevoegdheid van het hof , in civicle en criminele zaken · 119 Van revifie · • · 144

VIJFDE ZESDE

Vandenprocureur des Konings. 159 Van den fiscaal des Konings over demiddelen te water en telande. 186

ZEVENDE

Van den griffier en fubftituut· 188 griffier Van de vacantiën · 202

ACHISTE NEGENDE

Van de practizijns , ſuppoosten en bedienden 295


EERSTE

HOOFDST. Regtsmagt en verdere regten en pligten der hoven • 219 TWEEDE Pligten der bijzondere leden · 235 DER-