Staatsregeling van de Nederlandse Antillen/Tweede hoofdstuk

< Staatsregeling van de Nederlandse Antillen/Eerste hoofdstuk Staatsregeling van de Nederlandse Antillen/Tweede hoofdstuk Staatsregeling van de Nederlandse Antillen/Derde hoofdstuk >


TWEEDE HOOFDSTUK

De Gouverneur

Art. 11. De Koning is hoofd van de Regering van de Nederlandse Antillen; hij wordt als zodanig vertegenwoordigd door de Gouverneur. De Ministers zijn verantwoordelijk aan de Staten.

Art. 12. De Gouverneur heeft de uitvoerende macht.

Art. 13. 1. Onverminderd het bepaalde in artikel 57 benoemt, schorst en ontslaat de Gouverneur de landsdienaren, tenzij hun benoeming, schorsing of ontslag bij deze Staatsregeling aan de Koning is toegekend.

2. Hij voorziet, als de belangen van de dienst dit vereisen, in de tijdelijke waarneming van betrekkingen, door de Koning te begeven.

3. Regelen betreffende de rechtstoestand van de landsdienaren worden bij landsverordening gesteld.

Art. 14. De Gouverneur heeft het bestuur van 's Lands geldmiddelen en domeinen.

Art. 15. 1. De Gouverneur stelt de bezoldigingen der landsdienaren vast, tenzij in deze Staatsregeling anders is bepaald.

2. De aanspraken op verloven en verlofsbezoldigingen, wachtgelden en pensioenen worden bij landsverordening geregeld.

Art. 16. 1. De Gouverneur kan, na ingewonnen bericht van de rechter door wie het vonnis gewezen is, aan alle veroordeelden gratie verlenen van straffen, bij vonnis van de burgerlijke rechter opgelegd.

2. Hij kan, tenzij krachtens voorafgaande uitdrukkelijke machtiging des Konings, geen amnestie, abolitie of generaal pardon verlenen, dan in zeer dringende gevallen en onder voorbehoud van 's Konings bekrachtiging.

Art. 17. Geen dispensatie kan door de Gouverneur verleend worden dan in de gevallen en op de wijze, bij de algemene verordening, waarvan dispensatie verleend wordt, omschreven.

Art. 18. 1. De Gouverneur stelt, met inachtneming van het bepaalde in het tweede en derde lid van artikel 67, na verkregen goedkeuring van de Staten, landsverordeningen vast tot regeling van:
a. onderwerpen, de eigen aangelegenheden van de Nederlandse Antillen betreffende;
b. andere onderwerpen, waarvan de regeling ingevolge een Rijkswet of een algemene maatregel van Rijksbestuur bij landsverordening moet geschieden.

2. Hij zorgt voor haar onmiddellijke afkondiging.

Art. 19. De landsverordeningen mogen geen bepalingen inhouden omtrent punten, waarin voorzien is bij wettelijke regelingen als bedoeld in artikel 2, onder 1, 2 en 3 a, b, c en d, tenzij daartoe vrijheid is gegeven, dan wel de inhoud en de strekking der bepalingen gelijk zijn.

Art. 20. 1 De bepalingen ener landsverordening omtrent punten, in welker onderwerp wordt voorzien bij een wettelijke regeling als bedoeld in artikel 2 onder 1, 2 en 3 a, b, c en d, verval¬len op het ogenblik, dat zodanige regeling in de Nederlandse Antillen in werking treedt, tenzij de inhoud en de strekking der bepalingen gelijk zijn.

Art 21. Behoudens de stuiting in geval van schorsing, verbinden de bepalingen ener landsverordening totdat zij ten gevolge van een latere landsverordening of ingevolge artikel 20 zijn vervallen, of het besluit van de Koning tot haar vernietiging in de Nederlandse Antillen in werking getreden is.

Art. 22. 1. De afkondiging van de landsverordening geschiedt door haar plaatsing in het Publicatieblad, met vermelding van de datum van uitgifte.

2. Het formulier van afkondiging luidt:

"In naam des Konings!
"De Gouverneur van de Nederlandse Antillen,
"In overweging genomen hebbende:
(De beweegredenen der landsverordening.)
"Heeft, de Raad van Advies gehoord, met gemeen overleg der Staten, vastgesteld onderstaande landsverordening:
(De landsverordening).

"Gegeven te ,de ."

Art. 23. Wanneer geen ander tijdstip is vastgesteld, treedt de afgekondigde landsverordening in werking met ingang van de dertigste dag na die der uitgifte van het Publicatieblad, waarin de afkondiging is geschied.

Art. 24. 1. De Gouverneur is bevoegd tot het uitvaardigen van landsbesluiten, houdende algemene maatregelen. De artikelen 19 en 20 zijn op deze besluiten van overeenkomstige toepassing.

2. Bepalingen, door straffen te handhaven, worden in die maatregelen niet gemaakt dan krachtens een algemene verordening.

3. De algemene verordening regelt de op te leggen straffen.

Art. 25. 1. Zodanige besluiten worden afgekondigd door plaat¬sing in het Publicatieblad, met vermelding van de datum van uitgifte.

2. Het formulier van afkondiging luidt:

"In naam des Konings!
"De Gouverneur van de Nederlandse Antillen,
"In overweging genomen hebbende:
(De beweegredenen van het besluit.)
"Heeft, de Raad van Advies gehoord, besloten:
(Volgt het besluit).

"Gegeven te ,de ."

Art. 26. Indien in het besluit geen ander tijdstip bepaald is, werkt het met ingang van de dertigste dag na die der uitgifte van het Publicatieblad, waarin het geplaatst is.

Art. 27. Alle landsverordeningen en landsbesluiten worden door de Gouverneur ondertekend en door een of meer Ministers mede-ondertekend.