Eerste Oogst/Vergeef mij
← De eenzame schoonheid | Eerste Oogst (1912) door Carel Steven Adama van Scheltema | De gravers → |
Uitgegeven in Rotterdam door W. L. en J. Brusse. |
[ 59 ]
XLIX.
VERGEEF MIJ.
Alles is doodstil, —
Zoo wit is de maan,
Zij schilfert wat kil
Zilver in de laan, —
Mijn hart is heel stil.
Zoo wit is de maan,
Zij schilfert wat kil
Zilver in de laan, —
Mijn hart is heel stil.
Alles lijkt heilig, —
Ach ! alleen één woord
Rust niet — — 't is veilig,
Niets heeft me gehoord,
De aarde is heilig.
Ach ! alleen één woord
Rust niet — — 't is veilig,
Niets heeft me gehoord,
De aarde is heilig.
0! bij dat woord schreit
Iets in het duister, —
Heeft dan niet de tijd
Zijn wijden luister
Voor mij opengeleid ?
Iets in het duister, —
Heeft dan niet de tijd
Zijn wijden luister
Voor mij opengeleid ?
Ach! al wat hij bracht, —
Den heerlijken droom
Van een schoon geslacht —
Ik gaf 't voor den zoom
Van 'n kleed in den nacht!
[ 60 ]Den heerlijken droom
Van een schoon geslacht —
Ik gaf 't voor den zoom
Van 'n kleed in den nacht!
'k Gaf 't — o! vergeef mij —
Als 't 'n hoofdje tusschen
Beî mijn armen lei,
Om het te kussen — —
Vergeef ! — vergeef mij!
Als 't 'n hoofdje tusschen
Beî mijn armen lei,
Om het te kussen — —
Vergeef ! — vergeef mij!