Jan Ligthart/Jeugdherinneringen/Voorwoord

[Voorwoord]

Auteur Jan Ligthart
Genre(s) Opvoeding en onderwijs
Brontaal Nederlands
Datering 1914
Bron Jan Ligthart (1914 [1913]) Jeugdherinneringen, Groningen: J.B. Wolters' U.M., [pp. 3-4].
Auteursrecht Publiek domein
Jeugdherinneringen
[Titelpagina] · [Voorwoord] · De bewaarschool · De eerste lagere school · Tusschen school en huis · In huis · In huis (Vervolg.) · Nog in huis · Straatjongen · Nóg straatjongen · Kinderkerk en zondagsschool · Verandering · De tweede lagere school · Goede school · Jordaanpaedagogiek · In ’t nieuwe huis · Van een vloek een zegen · In een nette buurt · Moeder vertelt · Ik word kweekeling · Schoonste vrucht · Naar ’t oude te-huis · Naschrift bij den tweeden druk · [Advertentie]


[3]


      In de volgende bladen wil ik mijn jeugdherinneringen opschrijven, volkomen naar waarheid, dat wil zeggen: precies zooals ik ze tot hiertoe door ’t leven heb meegedragen.
      Of ze de zuivere feiten zullen teruggeven, weet ik niet.
      Vooreerst is het de vraag, of ik steeds, of ik zelfs maar ooit nauwkeurig heb waargenomen.
      En dan bestaat ook de mogelijkheid, dat het opgenomene en meegevoerde gedurende de lange levensreis niet onveranderd is gebleven.
      Er is dus eenige, wellicht groote kans, dat de mededeelingen niet geheel betrouwbaar zijn.
      Maar geldt dat niet bij alle mededelingen, en bij ieder?
      Kan iemand wel ooit iets anders vertellen dan zijn indrukken? En worden die niet steeds gevormd onder den invloed van zijn aanleg?
      Als men dan maar, met ingespannen eerlijkheid, die indrukken zuiver teruggeeft. Meer kan van niemand gevergd worden. Niemand is ook in staat, meer te doen.


[4]


      Welnu, ik wil volmaakt eerlijk vertellen, wat nu nog als herinnering in me leeft.
      En dat wil ik doen om twee redenen.
      In de eerste plaats wil ik aan de kinderkunde betrouwbaar materiaal verschaffen, opdat zij dit ten bate der opvoeding, dus tot heil der jeugd moge aanwenden.
      Maar bovenal wil ik ouders en andere opvoeders door een geopend stuk leven helder doen zien, wat misschien op dit oogenblik vlak bij hen geschiedt achter de sluiers der onderlinge vervreemding.


JAN L.      


      Oct. 1913.